21 mei 2009

Open brief aan de Vlaamse Milieu Maatschappij


Aan de directie van de Vlaamse Milieu Maatschappij

Geachte

 Van fijn stof weten we intussen dat het zowel op de korte als op de lange termijn zeer schadelijk is voor de gezondheid. Bij hoge concentraties fijn stof krijgen vooral ouderen, kinderen en astmapatiënten het moeilijk om te ademen. Op lange termijn blijft niemand gespaard van de gevolgen van fijn stof: het zou de levensduur van de Belg met dertien maanden verkorten. Dat komt doordat fijn stof zich bindt met giftige stoffen en deze tot diep in onze longen brengt, wat problemen met de luchtwegen veroorzaakt. Via de longen komen deze giftige stoffen in ons bloed terecht. Ze gaan bloedklonters vormen, en dat leidt tot aderverkalkingen. Sommige deeltjes binden zich met kankerverwekkende stoffen. Op die manier veroorzaakt fijn stof zelfs kanker.

We weten ook dat fijn stof ontstaat door verschillende factoren. De industrie leverde al veel inspanningen om de uitstoot aan fijn stof terug te dringen. Maar deze resultaten worden tenietgedaan doordat het verkeer, en vooral dieselmotoren, steeds meer fijn stof verspreiden. Terwijl Nederland dieselmotoren van zowel personenwagens als vrachtwagens uitrust met roetfilters en daar premies voor uitreikt, draalt Vlaanderen. Hier rijdt nochtans één op twee wagens op diesel.

De Europese Unie keurde een richtlijn goed die bepaalt dat het fijnstofgehalte per meetpunt jaarlijks slechts 35 dagen de norm mag overschrijden. De norm ligt vast op 50 microgram per kubieke meter, wat volgens de Wereldgezondheidsorganisatie al een zeer soepele norm is. Toch werd de norm dit jaar in Vlaanderen al in verschillende meetpunten méér dan 35 dagen overtreden.

Tegen 2015 wordt de Europese richtlijn afdwingbaar. Om het fijnstofgehalte naar beneden te halen, dringt een doordacht beleid zich op. Bedrijventerreinen vestigen zich het beste aan spoor- en waterwegen, zodat ze minder afhankelijk zijn van het wegverkeer en meer kunnen transporteren via trein en scheepvaart. Meer wegen trekken meer verkeer en dus meer fijn stof aan, en binnen de kortste keren ontstaan weer files op de nieuwe wegen. Extra rijstroken en nieuwe wegen zijn dus geen oplossing voor het verkeersinfarct en bovendien schaden ze onze gezondheid.

Ondanks deze feiten wil de uittredende Vlaamse minister-president dat Vlaanderen de logistieke draaischijf van Europa wordt. We vragen ons af waarom. Een nòg dichter wegennetwerk biedt Vlaanderen geen meerwaarde, het creëert geen jobs op lange termijn en levert dus geen bijdrage aan onze economie. Bovendien is gezondheid ook economie!

Ook in Zuid-Oost-Vlaanderen hebben de Vlaamse overheid en de gemeenten vele logistieke plannen. Denk maar aan de ideeën rond uitbreiding van de Oost-Vlaamse N-wegen. De doortrekking van de N41 bijvoorbeeld, tussen Dendermonde en Aalst, is zogenaamd bedoeld om de huidige steenweg te ontlasten en verkeersveiliger te maken. Maar dat nieuwe traject zal enkel meer verkeer aantrekken, waaronder toenemend vrachtwagentransport van en naar de havens. Geen toename van verkeersveiligheid, maar wel extra lawaaihinder en fijn stof voor steeds meer bewoners. Een ander voorbeeld is het geplande bedrijventerrein op de Siesegemkouter. Deze mooie open ruimte ligt in de verste verte niet aan een spoor- of waterweg. Toch plant de overheid hier een nieuw bedrijventerrein, terwijl het industriegebied Wijngaardveld, dat vlakbij spoor- en waterwegen ligt, veel efficiënter kan worden benut. Ook lokale overheden gaan roekeloos om met de gezondheid van burgers: de stad Aalst wil het verkeer in de stad trekken met ondergrondse parkings op de centraal gelegen Hopmarkt en Esplanadeplein. Al die wagens die tot in het centrum rijden, stoten veel fijn stof uit.

Kortom: we zien nog al te dikwijls een beleid dat luchtverontreiniging bevordert in plaats van bestrijdt.

In Nederland zijn de ruimtelijke ordening en mobiliteitsplannen gekoppeld aan de gevolgen voor fijn stof. Als nieuwe projecten te veel fijn stof opleveren, worden geen vergunningen uitgereikt. In Vlaanderen houdt de ruimtelijke ordening helemaal geen rekening met fijn stof. En voor onze regio is het nog straffer: Zuid-Oost-Vlaanderen beschikt zelfs niet over een fijnstofmeetpunt. Wie wil weten hoeveel fijn stof hier in de lucht hangt, moet zich baseren op de meetresultaten in Gent, Vilvoorde of Roeselare. Maar deze gemeenten zijn niet illustratief voor de Zuid-Oost-Vlaamse situatie.

Groen! vindt dat goed bestuur rekening moet houden met een heel aantal factoren. Onze economie is belangrijk, maar ook onze gezondheid. Elke beleidsmaatregel moet rekening houden met de effecten op lange termijn. Van fijn stof weten we dat het onze gezondheid schaadt, we weten wat fijn stof veroorzaakt, en we weten hoe we de hoeveelheid fijn stof kunnen meten. Waar wachten we nog op om in Zuid-Oost-Vlaanderen een meetpunt te installeren? Alleen als we weten hoeveel fijn stof hier in de lucht hangt, kunnen we een goed beleid voeren. Een beleid dat echt rekening houdt met de noden van de mensen. Want alleen als het beleid de mens centraal stelt, kan er sprake zijn van goed bestuur.

We zijn er van overtuigd dat de VMM zijn expertise met grote zorg onder de aandacht brengt van de Vlaamse regering en lokale overheden. Er moeten meer middelen komen om het wetenschappelijk onderzoek naar luchtverontreiniging op te voeren. Vandaar ons dringend verzoek om in de regio Zuid Oost-Vlaanderen meer meetpunten te installeren. We hopen dat nieuwe Vlaamse regering met de VMM een actief milieubeleid voert dat de gezondheid van de bevolking en de zorg voor mondiale luchtkwaliteit blijvend ten goede komt.

Met vriendelijke groeten

Joke Van de Putte

2de plaats Europese lijst Groen!

Bart Staes

Europees parlementslid Groen! en lijsttrekker Europese lijst Groen! 

Elisabeth Meuleman

2de plaats Oost-Vlaamse lijst Groen!

Labels: , , , , ,