01 februari 2009

Het belang van Europese samenwerking




Na de tweede wereldoorlog richtten een aantal landen, waaronder de Benelux, Duitsland en Frankrijk, de EGKS (Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal) op. De gedachte achter deze samenwerking was om net door deze samenwerking op economisch vlak te vermijden dat Duitsland en Frankrijk weer oorlog zouden voeren. En dit plan lukte! Steeds meer landen sloten zich aan tot wat uitgroeide tot de Europese Unie, met als gevolg dat de leden van de EU al meer dan zestig jaar in vrede leven. Hoe belangrijk vrede is, merken we meteen wanneer we bijvoorbeeld de verschrikkelijke beelden van de oorlog in Gaza zien.

Er moet en kan in Europa nog veel meer samenwerking zijn. In de automobielsector bijvoorbeeld hebben we, in plaats van de chauvinistische reflex die we nu onder andere zien bij Merkel, die de Duitse automobielsector wil beschermen, veel meer Europese plannen nodig. De Europese landen moeten de handen in elkaar slaan om samen te investeren in duurzame wagens, die weinig brandstof verbruiken. Consumenten kiezen door de stijgende olieprijzen steeds meer voor zuinige wagens. De automobielsector zal alleen overleven door deze weg in te slaan.

Ook op vlak van energie is meer samenwerking noodzakelijk. Nog steeds zoeken sommige Europese landen hun landen in onveilige, dure en vervuilende kernenergie. In plaats van te investeren in deze dure energievorm, waarvan de kosten telkens op de consument worden verhaald, moeten de Europese landen radicaal kiezen voor hernieuwbare energie. Deze energie is niet alleen proper, maar biedt ook vele nieuwe arbeidsplaatsen.

Op sociaal-economisch vlak is er dringend nood aan een Europese vakbond, die een sterke gesprekspartner vormt in de dialoog met werkgevers. Deze Europese vakbond kan sociale garanties afdwingen. Wanneer in heel de EU gelijkaardige sociale voorwaarden gelden, zullen bedrijven minder geneigd zijn te delokaliseren. Delokalisatie naar landen buiten de EU, zoals China, kan afgeremd worden door verregaande eisen te stellen aan de producten die we in Europa toelaten. Zo werd speelgoed met giftige stoffen, afkomstig uit China, al geweigerd in Europa. We kunnen ook eisen stellen aan producten in verband met duurzaamheid (het aantal afgelegde kilometers verrekenen in de prijs), en in verband met arbeidsvoorwaarden.

Doorgedreven samenwerking op Europees vlak bestaat al, bijvoorbeeld in de Europese Groene Partij (EGP) en haar jongerenafdeling, de Federatie van Jonge Europese Groenen (FYEG). Groenen uit heel Europa komen samen om standpunten uit te werken die voor heel Europa van toepassing zijn, om meningen op elkaar af te stemmen en samen campagnes en actie te voeren. Zo lanceerde de EGP een klimaatcampagne, om de opwarming van de aarde aan te klagen en hiervoor verregaande oplossingen te bieden. Dit resulteerde in een Green New Deal, een pact waarin investeringen in duurzame energie enerzijds leiden tot minder CO2-uitstoot, en anderzijds tot meer werkgelegenheid. Zo biedt deze deal een antwoord op de ecologische én de economische crisis.

Labels: , , , , , ,